’s Lands eerste kunstkolonie ontstond vanaf 1841 aan de rand van de Veluwe, in het heuvelige Oosterbeek en het nabije Wolfheze. De kunstenaars (en hun leerlingen) die daar bijeen kwamen schilderden vooral de natuur, aanvankelijk nog romantisch en vervolgens impressionistisch. Flink wat van hun werken zijn ondergebracht in het Museum Veluwezoom dat op zijn beurt onderdak kreeg in het prachtig gerestaureerde Kasteel Doorwerth, dat zelf ook als museum fungeert, maar dan een historisch. Het is even zoeken om binnen dit complex de kunstzalen te vinden, en je moet ook twee wenteltrappen omhoog, maar eenmaal boven is te zien hoe fraai de schilders van toen vooral de Veluwezoom in beeld hebben gebracht.
Hendrikus Alexander van Ingen (1846-1929, Koeien in een beek onder knotwilgen
Théophile de Bock (1851-1904), Landschap met brug en kerk
Xeno Münninghoff (1873-1944), Golvend landschap met beek
Cees Gerritsen (1875-1963), Bos met grote dennen
Barend Ferwerda (1886-1958), Heide en beeklandschap Kabeljauw te Doorwerth