. Er valt een boel te zien in Istanbul, ‘de stad op zeven heuvels’. Deze naar schatting vijftien miljoen inwoners tellende metropolis is ’s werelds enige die ligt op twee continenten, Europa zowel als Azië. Bovendien grenst hij aan twee zeeën. Na eerst Byzantium genoemd te zijn en later Constantinopel (naar de Romeinse keizer Constantijn de Grote) kreeg de stad zijn huidige naam na in 1453 veroverd te zijn door de Ottomanen. Zes jaar later begon sultan Mahmud II met de bouw van het Topkapi paleis, in het Europese stadsdeel (foto links). Na hem bouwden nog 25 andere sultans aan dit complex, waarvan de keukenvleugels op een gegeven moment vaak twintigduizend maaltijden bereidden – drie keer per dag. Deze waren vooral bestemd voor bezoekers van de meer dan 135 moskeeën. In de schatkamers van het palein, tegenwoordig een museum, zijn bekers, steekwapens, dozen en andere voorwerpen te zien die rijk met edelstenen werden versierd. Niet ver van het paleis staat de immense Hagia Sofia die tien eeuwen ‘s werelds grootste koelpelkerk is geweest (tot de bouw van de St. Pieter in Rome). Behalve prachtige keramiek vind je er acht imposante pilaren die 2600 jaar geleden werden gehouwen voor de Tempel van Artemis, een van de zeven wereld-wonderen. De Hagia Sofia (foto rechts) fungeert tegenwoortdig alleen nog als museum, maar op loopafstand er tegenover verrees de Blauwe Moskee met zijn azuurblauwe tegels, en die is nog wel religieus in gebruik. Vanwege een misverstand – in het Turks lijken de woorden ‘goud’ en ‘zes’ veel op elkaar – kreeg deze koepelkerk niet één minaret van goud, wat de destijds veertienjarige sultan bedoelde, maar zes gewone minaretten. Men heeft kunnen uitrekenen dat de bouw van de Blauwe Moskee (zie foto links) zo’n zestig mljoen uren heeft gevergd, door een leger van ongeveer zesduizend arbeiders. Naast deze moskee hadden de Romeinen een immens hippodrome, waar honderdduizend toeschouwers paardenraces konden bijwonen. Er resteren nog enkele overblijfselen, waaronder twee obelisken.   Meer wereldse genoegens kunnen beleefd worden in de Grote Bazar, een gigantische overdekte markthal met winkeltjes (veel met juwelen) waarvan de verkopers soms net zo opdringerig zijn als de vele straatventers die gidsen, fluiten en kleedjes proberen te slijten. Op de Azië-zijde, waar meestal ook de cruiseschepen aanleggen, troont de imposante Galata toren op een heuvel (zie foto helemaal boven). Rond de toren kan volop worden gewinkeld in niet alleen de Baghdad Avenue met zijn vele sjieke zaken en een tramlijn, maar ook in de vanaf een Bosporus-brug omhoog lopende, smalle staat die een curieuze collectie vormt van winkeltjes vol electronica, sporttrofeeën en muziekinstrumenten. Lopen door Istanbul maakt dorstig. Wat we vooral veel gedronken hebben is, uit kleine glaasjes, warme thee – die vanuit cafés ook de hele dag op dienbladen naar winkeliers, taxichauffeurs en cafébezoekers wordt gebracht. Behalve gewone thee was een variant van appel, best lekker eigenlijk. En bij het eten (zie de rubriek ‘Aanbevolen restaurants’) ontdekten we dat ook Turkse wijn het genieten waard kan zijn.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

PUNTDICHT

ELFSTEDENTOCHT

Goedgemutst, gehandschoeid
en met voldoende te eten
kom je er dan bij Bartlehiem achter
dat je je schaatsen hebt vergeten

Uit de bij Novella verschenen bundel Goedgemutst van de Haarlemse puntdichter en podiumpresentator Jan J. Pieterse. De uitgave kost €10.

. Een van de eerste wijnbouwers om in Valle de Casablanca neer te strijken – een zonnige, droge en tegelijk koele regio tussen de Chileense hoofdstad Santiago en kust – was een Fransman, Thierry Villard. Dit gebeurde in 1989. De enige eigen grond die hij verwierf was voor het bouwen van een royaal keldercomplex. Voor het leveren van druiven sloot Thierry contracten af met enkele telers – waarvan sommigen ook net begonnen.   Villard (1949) verstrekte de boeren allerlei specifieke instructies, zelfs voor het kiezen van de juiste klonen pinot noir, waarvan veel verschillende soorten bestaan. Van meet af aan werd duidelijk dat in Casablanca, waar koude zeewind al vanaf een uur of  twee ’s middags het kwik sterk doet dalen, de wijnbouw zo zijn eigen regels kent. Met name vrieskou vormt in probleem, zowel in de lente als de herfst. ‘Alleen al de laatste vijf jaar werd het gebied  keer op keer door nachtvorst getroffen, zelfs twee maal in het najaar tijdens de oogst. Op een bepaalde dag werd het overdag 31 graden en enkele uren later min 1.’ Bestrijden van de kou kan met windmolens en waterproeisystemen, maar niet alle telers beschikken daarover. En soms ook komt de kou gewoon te snel en te heftig. Het was aanvankelijk de bedoeling dat Villard Fine Wines op den duur 60.000 dozen (van twaalf flessen) zou gaan produceren, maar die ambitie hebben Thierry en diens inmiddels meewerkende zoon Jean-Charles laten varen. Het jaarvolume ligt nu op 12 à 15.000 dozen – en in de te grote, aan een andere producent verkochte kelder wordt nu gewoon ruimte gehuurd. Het kleinere volume betekent wel dat de Villard wijnen een gemiddeld hoge kwaliteit bezitten. De mooiste daarvan heet Pinot Noir Le Grand Vin, waarvan de  op vat gelagerde jaargang 2008 een gewoon heerlijke, sappige, op Bourgogne lijkende wijn is, royaal voorzien van rijp rood fruit en licht gekruid (richtprijs €19,95). Heeft zijn bedrijf nog een missie? ‘Jazeker, een paar jaar terug heb ik besloten voortaan alleen wijnen te maken die ik zelf graag drink.’ Verkoopadressen via wine@coenecoop.com.

. Idaho, doet die naam niet vooral denken aan aardappelen? Inderdaad, Idaho levert ongeveer een derde van alle Amerikaanse aardappelen, een kleine zes miljard kilo per jaar. Maar in de schaduw daarvan is binnen de ongeveer driehoekvormige, noordwestelijke staat een ander product in opkomst, te weten wijn. Dat blijkt duidelijk uit het aantal wineries. Een decennium geleden waren het er tien, momenteel ruim vier keer zoveel. Gezamenlijk bewerken ze 650 à 700 hectare wijngrond. De overgrote meerderheid van de druivenstokken groeit in het zuidwesten, in en rond de Snake River Valley, een streek die in 2007 zijn wettelijke erkenning ontving. De natuurlijke omstandigheen ter plekke zijn bepaald bijzonder. Zo bevat de bodem veelal vulkanische elementen, wat hem goed draineerbaar maakt. Terwijl de zomer gekenmerkt wordt door dagen met veel zon – gemiddeld zestien uur – en nachten waarin het kwik daalt van boven de 30 graden tot ongeveer 10. Een afkoeling die de druiven hun frisheid doet behouden en hun aroma intensiveert. Zuiver water, voor eventuele irrigatie, is eveneens beschikbaar, indirect vanaf de Rocky Mountains. Ondanks deze gunstige factoren heeft het lang geduurd voordat Idaho’s wijnbouw weer tot bloei kwam, na de desatreuze Drooglegging. De eerste, toen nog experimentele druivenstokken werden pas in 1971 geplant, door een perzikteler (want waar perziken goed gedijen, doen druivenstokken dat ook), en de eerste echte wijnproducent ging open in 1976. Dat was Ste Chapelle, genoemd naar de 13e-eeuwse La Sainte Chapelle in Parijs. Negen jaar lang had dit bedrijf het monopolie – en is nog altijd wijnhuis nummer één. Van de 2,7 miljoen flessen die Idaho jaarlijks levert komt 70 procent van Ste Chapelle. Wie als bezoeker de hoge, smeedijzeren poort heeft gepasseerd, kan een enorm gamma aan wijnen proeven. Enkele daarvan zijn ook in Nederland verkrijgbaar, waaronder de Merlot Chateau Series 2008, die een elegante, bijna Bordeauxachtige structuur combineert met met een soepel smakende, aangename bundeling van laurier, rijpe zwarte vruchten en wat kruidig hout. Prijs €8,50. Eerder bestemd voor wijndrinker dan aardappeleters. Importeur www.wijnverlinden.nl.

 

  .  In deze eerste maand van het nieuwe jaar geeft Frank Donker, wijninkoper en levensgenieter, zijn favoriete wijn-spijscombinaties. Meer dan twee decennia begeeft Frank zich in de wereld van de wijn, via Okhuysen, Walraven & Sax, Sligro en nu alweer 11 jaar bij Groupe LFE als verantwoordelijke voor de inkoop. In al die jaren heeft Frank heel wat wijnlanden en –streken bezocht, ‘wat vrijwel altijd samenging met de culinaire geneugten van het leven’. Niets vindt hij leuker dan de lokale wijn proeven met de plaatselijke keuken, wat meestal ook goed uitpakt. Zelf schrijft Frank hier het volgende over. Zo denk ik aan gegrilde lamskoteletten in de Rioja met een mooie Reserva, tapas in Jerez met een glas Fino, een stevige Malbec bij een Argentijnse barbecue, etc. Te veel om op te noemen. Echter, mijn meest memorabele ervaringen komen uit het Franse zuidwesten. Via onze Gascogne-producent Domaine Tariquet belandde ik ruim tien jaar geleden in het dorpje Montréal in de Gers, en wel in het plaatselijke restaurant Chez Simone van de eigenaren Bernard en Véronique Daubin. Naast het eigenlijke eetgedeelte is er een soort bar met tafels gemaakt van wijnvaten – waar de leukste verrassingen op tafel komen, altijd simpel (nooit meer dan drie ingrediënten), maar ongelooflijk van smaak. Op de foto in het afgebeelde boek staat de trotse chef met zijn eigen varkens. Hier maakt hij prachtige hammen van, hammen die in zijn zaak op een fraaie Berkel-machine worden gesneden. Van alle nieuwe, verrassende bevenissen was het hoogtepunt, ofwel een ervaring waarbij het gerecht en de wijn de combinatie 1+1=3 opleverden, een ravioli van foie gras met de Côté de Tariquet. Een zeer gastronomische witte wijn, gemaakt van tegelijk gefermenteerde chardonnay- en sauvignondruiven. Rijk, heel verfijnd zoet, met een intense smaak en identieke afdronk. Door de foie gras in een ravioli te verpakken kreeg het gerecht een hele milde, zacht subtiele smaak. In 2012 bestaat Tariquet honderd jaar – en  ik kijk nú al uit naar de feestelijke bijeenkomst met als huiskok Bernard Daubin!

. ‘AXA Millésimes is een hoogst ongebruikelijk wijnbedrijf’, stelt zijn directeur Christian Seely. De belangrijkste aandeelhouder is namelijk een Franse verzekeraar met een verlichte langetermijn visie. Waarbij gestreefd wordt naar een op den duur zo hoog mogelijke kapitaalwaarde van de wijngaarden.’ Seely (1960), een Engelsman, stelt bovendien dat elk van de zeven Axa-domeinen – in Bordeaux, Bourgogne, Hongarije en Portugal – een eigen team hebben dat ‘leeft en ademt’ in de wijngaard daar. ‘Alles dat de verschillende wijnen gemeen hebben is daarom dat ze verschillend zijn.’ Seely zelf begon te werken op Quinta do Noval, een Port producerend domein in de Douro Vallei. Het jaar was 1993, nadat het uit 1715 daterende wijngoed was overgenomen door het Franse AXA. De bezitting is vooral bekend om zijn Vintage Ports, maar het leek Seely ‘dat het potentieel van de Douro ook met onversterkte wijnen kon worden gerealiseerd’. Hij creëerde dus een heel programma van experimenten, terwijl naast de traditionele Portugese druivenrassen nieuwe soorten werden aangeplant. Waaronder cabernet sauvignon (‘gaf absoluut verschrikkelijke wijnen’) en syrah (‘deed het juist buitengewoon goed’). Uiteindelijk verscheen de eerste gewone rode wijn in 2004. Met trots kan Seely vandaag de dag een klein gamma van rode Douro’s laten proeven, waaronder een pure Syrah, de Labrador 2008. Het is een donker getinte, gulle, verwarmende wijn met schakeringen van kruiden, zwarte vruchten, laurier en roostertonen. Een eigenlijk perfecte wild- en winterwijn à €12,75. Hetzelfde predicaat verdient de levendige, vlezige Cedro do Noval 2008, een uit voornamelijk Portugese rassen gecomponeerde wijn met zowel donkere,dierlijke aroma’s als fris besfruit, rijpe zwarte vruchtjes en kruidig hout. Prijs €15,75. Floraler, eleganter ook – ondanks zijn stevige fundering van 14,5 procent alcohol – smaakt de Quinta do Noval Touriga Nacional 2008, karaktervol product ook kruidige elementen, toastachtig hout en in de verte iets van rozen. Deze imponerende wijn kost €51,95. ‘We beginnen te leren hoe het grote terroir van de Douro in wijn kan worden gevangen’, stelt Seely achteraf. Zo te proeven is AXA daarin een heel eind op weg. Adressen via www.gastrovino.nl.

. De bij Spectrum verschenen edities van de Wijnalmanak 2012 – voor zowel de beste wijnen onder €5 als voor  de beste wijnen van €5 tot €10 –  bevatten honderden kooptips voor echt goede, betaalbare wijnen. Waarvan
de beste met een ster werden bekroond. Maar als geestelijke vader van de gidsen heb ik zelf al proevend nog méér sterwijnen ontdekt, wat me deed besluiten om de notities daarover als gratis aanvulling te verstrekken. Ze verschijnen, zoniet strálen in de schaduw van beide Wijnalmanaks en heten mede daarom

 

Uit zijn immense collectie heeft Bert Wentzel opnieuw een opmerkelijk etiket gekozen – en schrijft daarover het volgende. Ofschoon rond 1900 reeds prachtige Jugendstil wijnetiketten Duitse wijnflessen sierden, waren in die tijd de Bordeaux etiketten nogal saai en vaak zwart/wit. Baron Philippe de Rothschild bracht daar verandering in door voor de oogst 1924 van Château Mouton-Rothschild een etiket te laten ontwerpen door de Parijse kunstenaar Jean Carlu. Algemeen wordt dit prachtige, kleurrijke ontwerp beschouwd als het allereerste kunstetiket dat verzamelaars oneerbiedig BOKKENKOP hebben gedoopt.

*

Disclaimer. Alle afgebeelde foto’s op deze website zijn afkomstig van de auteur zelf of werden rechtenvrij c.q. met toestemming verkregen van wijnproducenten, wijnorganisaties, wijnhandelaren, promotiebureaus, streek- en landenorganisaties, toeristenbureaus en andere betrokkenen.