Van oorsprong heeft de in Maastricht geboren en nu al dertig jaar in Leiden woonachtige Ghislaine Melman museologie gestudeerd, een studie die erover gaat hoe je een museum goed kunt managen en aantrekkelijk kunt maken voor bezoekers. Vervolgens is ze terecht gekomen bij het Marine Museum in Den Helder, als medewerkster pr en communicatie – waarvoor Ghislaine militair moet worden. Hiervoor werd ze beëdigd in de rang Luitenant ter Zee van Speciale Diensten, der tweede klasse, jongste categorie. Dankzij veel vrije dagen ‘kon ik ieder jaar vrij nemen om druiven te gaan plukken’. In haar marine tijd kreeg ze bovendien de mogelijkheid om de opleiding voor vinoloog te doen. Met succes, waarna Ghislaine een baan kreeg bij achtereenvolgens Tot PR, Sopexa en Poot Agenturen. Om uiteindelijk, in 2006, haar eigen bedrijf te stichten, Melman Communications. ‘Dit groeit en bloeit als nooit tevoren; ik mocht voor vele mooie wijnklanten werken zoals Austrian Wine Marketing, Italiaanse wijnregio’s als Toscane en Piemonte, Napa Valley Vintners, New Zealand Wine Growers en nog velen meer. Daarnaast werkt ze voor voedselproducenten, waaronder Marlene appels uit Zuid Tirol, Label Rouge kip uit Frankrijk en zilveruitjes uit Nederland. ‘Never a dull moment dus, maar het gaat allemaal niet vanzelf. Het is keihard werken, maar ik doe het met veel plezier. En als je klanten dan ook nog tevreden zijn, kan ik me geen leukere baan voorstellen.’ Haar favoriete wijn- spijscombinatie beschrijft Ghislaine als volgt. Dat is zuurkool met Duitse Riesling. Die kan van vele goede producenten komen zoals bijvoorbeeld van Gerhard Schwarztrauber. Deze getalenteerde wijnmaker produceert louter biologische wijnen in Neustadt an der Weinstrasse (Pfalz) en won daarmee talrijke prijzen. Maar ook uit Württemberg, een van Duitslands minst bekende regio’s, komen mooie Rieslings. Mijn favoriet aldaar is Weingut Wachtstetter uit Pfaffenhofen, van topwijnmaker Reiner Wachtstetter. Tot slot drink ik ook graag een glas Riesling van het wijngoed Freiherr von und zu Franckenstein. Dit in Baden gevestigde domein met deze bijzonder naam bestaat echt en is onder andere beroemd geworden door het boek ‘Frankenstein’ van de Britse schrijfster Mary Shelley.  

 ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

ZES UUR
op
SAINT LUCIA

Saint Lucia vormt een vaste stop de cruiseroutes van de Holland America Line – en terecht. Qua natuurschoon is dit een van de mooiste Caraïbische eilanden. En in pakweg zes uur kun je enkele van de aantrekkelijkste aspecten beleven. Deels lopend vanuit de haven, deels met een excursiebus. Het eerste (of laatste) uur bestaat uit een wandeling door Castries, de hoofdstad. Die vaak strijdtoneel is geweest, want de Britten en Fransen hebben maar liefst 150 jaar op het eiland gevochten, met als gevolg dat het veertien keer van eigenaar is gewisseld. Uiteindelijk wonnen de Engelsen, in 1814, maar het sinds 1979 onafhankelijke eiland heeft nog altijd veel Franse aspecten. Neem alleen al de namen van steden, dorpen en die van Saint Lucia zelf. De belangrijkste bezienswaardigheid van Castries is de kathedraal, het grootste godshuis van de Caraïben (65 meter lang, 30 meter breed). Het interieur heeft hoge vensters en oogt heel kleurrijk, met geel, groen, oranje, purper en rood, tinten die o.a. terugkomen in een grote muurschildering van Dustin St. Omer. Ook zijn er diverse trompe l’oeuils te bekijken. De kerk vormt een zijde van het centrale Derek Walcott Square dat genoemd werd naar een Nobelprijs winnende dichter. De drie andere zijden van het plein bestaan deels uit 19e-eeuwse panden, en op het park daartussen staat een hele grote, drie eeuwen oude samanboom. Voor het overige is het centrum van Castries enerzijds levendig, anderzijds rommelig. Wel is het leuk om de niet ver van een kade gelegen markthal en de marktstalletjes erbij te bezoeken. Samen vormen ze een soort bazaar waar van alles wordt aanboden, inclusief kleurige kleding, veel souvenirs en uiteraard bananen, want die vormen het belangrijkste landbouw- en exportproduct.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

INTUSSEN OP DE KONINGSDAM

De uit 2016 daterende Koningsdam is het grootste model cruiseschip van www.hollandamerica.com, met 1331 – zeer comfortabele – staterooms die ruimte bieden aan ongeveer dubbel zoveel passagiers. Wat betekent langere loopafstanden, meer dekken en grotere drukte dan op de kleinere schepen. Ligstoelen en zonzitjes werden verplaatst, de bibliotheek is vreemd genoeg vrijwel verdwenen, er is geen bioscoopzaal meer en overal heeft men stijlvolle muziekthema’s aangebracht (in de lift wordt bij dek 6 ‘Mozart’ wel uitgesproken als ‘mother’). Voorts kwam er meer live muziek, met als populairste, in het Rolling Stone Café, een rock (en country) band uit Nashville. Wat de shows betreft, soms drie op een avond, zijn de eigen singers & dancers met hun geweldige, musicalachtige shows helaas verdwenen, maar artiesten van buiten maken dat gemis deels goed. Er kwamen ook nieuwe eetgelegenheden, waaronder het Grand Dutch Café (waar o.a. Van Dobben bitterballen en kroketten gratis te bestellen zijn) en betaalrestaurants als Rudi’s Sel de Mer (zie ‘Aanbevolen restaurants’), een Aziatisch restaurant en een sushizaak. De gewone, twee etages tellen main dining room begint al met serveren om vijf uur, en zit dan verrassend vol. De lekkerste, meest betrouwbare gerechten zijn altijd de soepen. Veel te veel andere schotels werden volgens recepten van keukenopperhoofd Rudi te kruidig, te pittig gemaakt, met belachelijk vaak gebruik van knoflook. Helaas is de nieuwe, door James Suckling samengestelde wijnkaart een ramp, alleen al qua prijs en indeling. Op dek 9 biedt de Lido Market (foto boven) een voortreffelijk keuze aan ontbijt- en lunchgerechten. Cursussen en spelletjes worden aan boord voortdurend georganiseerd, zoals voor Windows, bridge en het altijd druk bezochte trivia. Wat wel gelijk bleef aan alle andere schepen van de Holland America Line is de geweldige, glimlachende service, overal aan boord.

 ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Voor de vijf resterende uren op Saint Lucia stappen we in een van de excursiebussen waarmee we het binnenland en delen van de bijna 160 kilometer lange kustlijn gaan zien. Vanuit Castries rolt het voertuig bijna steunend omhoog in zuidelijke richting, via de eerste van talloze haarspeldbochten. Na een kilometer of vier komt Endovic’s Art Gallery in beeld, een studio met ontvangstfaciliteiten waar knappe, ter plekke gemaakte houtsnijkunst wordt geëxposeerd, allemaal unieke werken, enig in hun soort. Behalve in een brede vallei met bananenplantages (bananen worden op hun bomen beschermd door blauwe netten uit Nederland) en opslagtanks voor niet alleen brandstof maar ook rum, blijven de wegen bochtig en hellend. En hobbelig, wat goed te voelen is, aangezien de veren van onze bus hun beste tijd lang geleden hebben gehad. Even wordt er gestopt langs de westkust boven Marigot Bay (foto rechts), een bijkans idyllische, door een resort en andere verblijfsadressen omgeven baai die o.m. decor is geweest voor een piratenfilm met Johnny Depp. Verderop blijft de weg aan beide kanten intens groen, met hier en daar hutten en huisjes, sommige met autowrakken ernaast of ervoor. Langs een andere baai vinden we het fotogenieke vissersdorp Ans la Raye (linksboven) waar kleine houten boten op het strand liggen, kinderen in zee zwemmen, de gevels gekleurd zijn en de stevige stenen kerk muurschilderingen heeft van de St. Omer familie.
Het tropische regenwoud van Saint Lucia, waar 157 verschillende vogelsoorten werden gesignaleerd, laten we letterlijk links liggen. Om vervolgens te arriveren op een uitzichtpunt boven Soufrière, ook weer gelegen aan een baai en de oudste, door Fransen gestichte stad van het eiland. Erachter rijzen de twee conische pieken omhoog van de Pitons, voormalige vulkanen waarvan de silhouetten terugkomen Saint Lucia’s eigen vlag. En waarnaar het plaatselijke pils Piton werd genoemd. De met tropisch groen bedekte, steile hellingen van de Petit Piton reiken tot 743 meter, die van de erachter liggende Gros Piton tot 771 meter – en beide vormen een werelderfgoed. Aan het eind van de dag zullen we de Pitons nogmaals zien, vanaf dek 10 op de Koningsdam, als het schip langzaam een rondje vaart voor beide steenmassa’s (foto helemaal onderaan).  Soufrière, waarvan de naam verwijst naar het Franse woord voor zwavel, werd gebouwd op de resten van een vulkaan die circa 32.000 jaar geleden in elkaar is geklapt. Met zegt daarom dat de stad en nabije omgeving, totale oppervlak 12 vierkante kilometer, ’s werelds enige drive-in vulkaan zijn. Resten van die vulkaan vormen samen een klein park, waar men tegen betaling dampende, Yellowstoneachtige plekken kunt bekijken die een zwavelige, dus naar rotte eieren geurende stoom verspreiden. Zou je die ook ruiken in de diverse resorts rond Soufrière?
Schoner, aangenamer, is de lucht die we opsnuiven tijdens een uitgebreid bezoek, ons laatste van de route, aan het historische Morne Courbaril Estate, dieper landinwaarts. Deze voormalige plantage fungeert als botanische tuin, openluchtmuseum en activiteitencentrum waar je kunt paardrijden en ziplinen. Tijdens de rondwandeling zien we allerlei prachtige planten, vaak bloeiende, alsmede veel palmbonen (waaronder een van Madagascar waarvan de bladeren plat in oost-west richting groeien, rechts), nagebouwde hutten, de manier waarop cacaobonen met de voet worden gepolijst en hoe een cacaomolen gaat draaien dankzij een ezel (die na elk rondje iets te eten krijgt). Tijdens een soort lunch, heel primitief, worden de geluiden van vogels volledig overstemd door loeiharde luidsprekermuziek. Maar we krijgen wel een verfrissend drankje van, hoe kan het anders, banaan.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

 

SCHILDERIJ VAN DE  MAAND

Met in gedachten al het tropische groen op Saint Lucia ben ik op mijn wekelijkse avondles bij de onvolprezen Tekenacademie een eveneens groene, tropische zangvogel gaan tekenen. Met potlood, houtskool, viltstift en tot slot pastelkrijt. Nog wat vrolijk fluitgeluid erbij, en ik ben weer hélemaal terug op dit mooie eiland van de Caraïben.

 www.vinpressionist.com

~~~~~~~~

Op avontuur in Joegoslavië

In 1975 bestond Joegoslavië nog, een door Tito bijeengehouden federatie van zes socialistische republieken waar twee dozijn talen werden gesproken met als belangrijkste Servo-Kroatisch. Het land had zichzelf bevrijd van eerst de Duitsers, later de Russen en ontwikkelde vervolgens een bloeiende wijnindustrie die werk verschafte aan zo’n anderhalf miljoen mensen, waaronder veel vrouwen. Kenmerkend was het gebruik van authentieke druivenrassen, resulterend in authentieke wijnen. Alle reden dus om deel te nemen aan een reis naar ’s werelds elfde wijnland. De organisatie en leiding berustte bij de grote kenner van Joegoslavië, Paul Blom (toen nog in dienst bij distillateurwijnhandel Schermer, later de eigenaar daarvan).

 HET ARCHIEF SPREEKT

Vanuit de industriestad Zagreb en via meestal stille slingerwegen werden honderden kilometers afgelegd naar wijnbedrijven (alle in handen van de werknemers), naar de honderd jaar bestaande wijnbouwschool van Maribor, naar de wijnbeurs van Ljubljana en naar allerlei wijngebieden, sommige eilanden gesitueerd. Op Krk (toepasselijk uitgesproken als ‘kurk’) bijvoorbeeld waar de witte druif zlahtina groeit. De daarvan vervaardigde aangename, elegante, floraal fruitige wijn Vrbnicka Zlahtina werd op een boottochtje naar het eiland met gulle hand uit mandflessen geschonken, in witte plastic bekers en bij drie soorten gegrilde zeevis. Een kleine jongen speelde op een mansgrote accordeon, en naarmate de flessen leger raakten zong de bemanning steeds luider.

Eerder werden we gastvrij ontvangen in Slovenië, bij het in een vruchtbare vallei gelegen bedrijf Dana. Dit had net een gloednieuwe gistingshal gekregen en produceerde behalve wijn ook miljoenen liters vruchtendranken en distillaten. Op een berg boven het dorp Mirna richtte technisch directeur Paula Banic een grandioze barbecue aan met speenvarken aan het spit. De zon scheen, het panorama was prachtig en opnieuw smaakte de wijn opperbest, in dit geval de helrode, lichte, nog geen 10 procent alcohol bevattende Cvicek.

Het opmerkelijkste bezoek was dat aan Istrië, een groot, Toscaans aandoend, hartvormig schiereiland. In het ommuurde heuveltopdorp Motovun (dat ik stiekem Motown noemde) werd genoten van niet alleen de plaatselijke truffels en de gedroogde bergham Prsut, maar ook van een unieke rode wijn, de naar zijn druif genoemde Teran. Verteld werd dat Olivia, echtgenote van de Romeinse keizer Augustus, niets anders dronk – en er 82 mee werd. De wijn heette toen Vinum Pucinum. Voorts zou Jules Verne er inspiratie uit hebben geput toen hij in het buurdorp Pazin, waar zich een diep gat in de aardbodem bevindt, zijn Twintigduizend Mijlen onder Zee schreef. De druif teran ontleent zijn naam waarschijnlijk aan de ‘terra rossa’, de ijzer- en bauxiet houdende grond van westelijk Istrië waarop hij doorgaans gedijt.

Als eigenschappen heeft Teran, zo lees ik in een bijna vergeeld notitieboekje, een diepdonkere kleur, weinig alcohol (vaak maar 10,5 procent) en een sappige, plezierige, heel licht prikkelende smaak die duidelijk wat zuur heeft, niet het hoekige looizuur van een jonge Bordeaux, maar het veel aimabeler melkzuur. Bij het grote bedrijf Istravino zei exportdirecteur Zeljko Pernar ’Onze witte wijnen verkopen we, maar de Teran, die drinken we hier zelf’.

 

 

Het prachtige, 20 hectare bestrijkende Château Malromé ligt in het hart van de wijnstreek Bordeaux, In 1883 kocht gravin Adèle de Toulouse-Lautrec dit kasteel. Zij was de moeder van de beroemde Franse schilder Henri de Toulouse-Lautrec. Henri schilderde eind 19e eeuw de vele facetten van het Parijse nachtleven waaronder danseressen in de Moulin Rouge, met Jane Avril als beroemdste. Hij verbleef regelmatig op Château Malromé en stierf er in 1901. Aldus de toelichting van verzamelaar Bert Wentzel, jokebertwentzel@gmail.com,  die dit label selecteerde uit zijn grote collectie.

 

.

.

.

.

Disclaimer. Alle afgebeelde foto’s op deze website en dit maandmagazine zijn afkomstig van de auteur zelf of werden rechtenvrij c.q. met toestemming verkregen van wijnproducenten, wijnorganisaties, wijnhandelaren, promotiebureaus, streek- en landenorganisaties, toeristenbureaus en andere betrokkenen.