~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Per traditie, voor de 36e keer, heb ik de wijnkoper van het jaar benoemd. Dit eerbetoon, dit schouderklopje, gaat naar Bert Horstman die met verve en enthousiasme bij het Twentse bedrijf Heisterkamp Wijnkopers zijn stempel drukt op zowel het omvangrijke assortiment als de promotie daarvan. Waarbij het Bert lukt om steeds weer karaktervolle wijnen te vinden. Zelf spreekt hij over ‘zuivere, authentieke wijnen, representanten van een microklimaat en bodemstructuur, het liefst van autochtone druivenrassen, bij voorkeur biologisch of biodynamisch geproduceerd, en dan ook nog van een wijnboer en niet de handelshuizen’. De selectie vindt plaats via een soort stappensysteem. ‘Ik zoek de producenten uit via mijn netwerk, of op wijnbeurzen in Italië, Frankrijk, Duitsland en Spanje. Vervolgens laat ik dan de producent/wijnboer nog eens monsters sturen waarover wij in een blindproeverij gezamenlijk beoordelen en beslissen. We hebben criteria opgesteld of een wijn in ons assortiment past, en kijken dan of het merendeel van het team enthousiast is. Voor mij persoonlijk blijft het streven om in de traditionele Europese wijnlanden waarin wij ons begeven producenten te zoeken die typisch Heisterkamp wijnen maken – met passie, voor een goede prijs en met een maximaal belevings-plezier. Want uiteindelijk doe ik het natuurlijk om de consument het plezier van een lekkere wijn te gunnen. Wijn moet voor mij altijd feest in het glas zijn.’

Geboren in de Achterhoek maakte Bert Horstman de stap naar de stad en ging werken als sommelier in Hotel des Indes, Den Haag. ‘Immers, als je in een van de beste wijnjaren, zoniet hét beste jaar van de vorige eeuw geboren bent, 1961, kan het bijna niet anders dan dat je in de wijnwereld verzeilt raakt.’ Nadat hij in 1990 verkozen werd in tot beste sommelier van Nederland kwam Bert terecht bij Pavillon Elysée Lenôtre in Parijs. Waar hij o.a. werkte met de beste sommelier van de wereld. Daarna kwam Auberge de Hoefslag in Bosch en Duin waar hij fungeerde als chef-sommelier. Het ondernemerschap lokte echter, en Bert begon zijn eigen restaurant ‘dat niet bracht wat ik ervan verwachte’ om tenslotte aan de importeurskant van de wijnwereld terecht te komen. Sinds oktober 1993 is hij werkzaam als wijnkoper bij Heisterkamp in Ootmarsum, de importeur die afgelopen lente zijn honderdjarige bestaan heeft gevierd. Voorts is Bert bestuurslid bij de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Wijnhandelaren.

Behalve met inkopen is Bert Horstman druk doende met verkopen, op allerlei manieren, vooral via proeverijen, ook op beurzen. Het accent ligt op horecabedrijven, bij wie Heisterkamp 85 procent van zijn omzet realiseert. ‘Daarnaast hebben we enkele wijnspeciaalzaken, en een kleine schare particuliere klanten, voor voornamelijk business to business inclusief relatiegeschenken.’ Wat hij als zijn belangrijkste uitdaging beschouwt? ‘In algemene zin zijn dat natuurlijk de klimaatverandering en de daarbij horende aanpassingen die de producent moet toepassen. En de daaruit veranderende smaken. Zo wordt in bijvoorbeeld Bordeaux geëxperimenteerd met rassen uit Portugal. Maar ook transport, internet en alcoholmatiging vragen om aandacht.’ Heeft Bert nog tijd voor hobby’s? Jazeker. ‘Behalve dat wijn mijn professie is, is het toch ook als een hobby. Dat geldt eveneens voor lezen, het bezoeken van musea, voetbal en dan in bijzonder het bezoeken van mijn club Ajax. En ik ben voorzichtig wat aan het schrijven, af en toe een column. of voor intern gebruik.’

Speciaal voor dit magazine heeft Bert Horstman (bert.horstman@heisterkamp.com) enkele van zijn persoonlijke favorieten geselecteerd. Alle vermelde bedragen zijn richtprijzen.
. Domaine la Fadèze Terret 2018 – Bleek getinte, smakelijke Pays d’Oc met in zijn aroma zowel kruidige als florale elementen, naast o.a. enigszins drupsachtig wit fruit (€7,75).
. Pauly Tres Naris Riesling trocken 2015 – Deze elegante, fraaie Mosel wordt getypeerd door enerzijds frisheid, ook van citrus, anderzijds door een vleugje rijpheid (€25).
. les Varrons Chardonnay 2015 – Opmerkelijke Côtes du Jura van Domaine Labet, een hoogwaardige, krachtige, tegelijk nog zeer frisse, Chablisachtige wijn met heel beheerst wat hout, een vleugje Jura ‘flor’ en citrusfruit (€42).
. Mazzi Sanperetto 2016 – Uit vier streekdruiven gecomponeerde, medium bruin getinte, ferme Valpolicella die nog frisheid biedt, een beetje besfruit en kruidigheid (€22).
. Y. Amirault Le Grand Clos 2015 – Hele beste Bourgueil, een nog vieve rode Loire-wijn met bessigheid en zwart fruit, een hint van drop en veel sappigheid (€26).
Verkoopadressen kunnen worden opgevraagd via www.heisterkamp.com.

 ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

LILLE
EEN LUST VOOR HET OOG

 Op weg naar Parijs (en zuidelijker) zijn we tientallen keren langs Lille gereden, een stad die uitsluitend associaties opriep aan industrie, zoals van chemie, metaal en textiel. Dat beeld is echter achterhaald, ontdekten we dit jaar tijdens ons eerste stadsbezoek ooit. Anno 2004 fungeerde Lille – Frankrijks tiende stad, waarvan de stedelijke agglomeratie de vierde van Frankrijk is – zelfs als culturele hoofdstad van Europa, terwijl de plaats bovendien werd verfraaid. Dit enerzijds via moderne architectuur, zoals van de zakenwijk Euralille  (heeft ook een groot winkelcentrum plus het Parc Matisse van 8 hectare) en daarmee verbonden design activiteiten (volgend jaar wordt Lille de World Design Capital), anderzijds door het historisch centrum fraaier dan voorheen te maken. Het doet bezoekers nu terugkeren naar de glorietijden van weleer. Bijvoorbeeld naar de meer dan honderd jaar dat Lille deel uitmaakte van het hertogdom van Bourgogne, dankzij een aristocratisch huwelijk dat in 1396 plaatsvond. Hertog Filips de Goede bouwde in Lille later ook een groot paleis, het Palais Rihour, bracht zijn 1200 leden tellende hofhouding mee, en richtte grote festijnen c.q. banketten aan. De stad heeft heeft ook nog deel uitgemaakt de Spaanse Nederlanden, en werd vervolgens veroverd door Lodewijk XIV. Die er een triomfpoort plaatste, de Porte de Paris (1692, foto helemaal boven), alsmede een door Vauban gebouwde citadel. Terwijl de Zonnekoning eveneens, met hulp van zeshonderd ontwerpers, een koninklijk kwartier creëerde. Lille is bovendien eeuwenlang de hoofdstad van Vlaanderen geweest en eigendom van de Graven van Vlaanderen. Vandaar de tweede naam Rijsel, de overal aanwezige Vlaamse barokstijl en de traditionele Vlaamse gerechten die veel eetgelegenheden voeren.
Een prima plek om een stadswandeling te starten is het Place Rihour waar zich behalve een metrohalte ook het toeristenbureau bevindt (haal hier een plattegrond, je hemt hem echt nodig). Dit Office du Tourisme is gevestigd in een bijgebouw van het voormalige Palais Rihour, waarvan ook nog een stoere kapel te zien is. Lopend in noordoostelijke richting, door een straat vol terrassen van cafés en brasserieën, bereik je al snel het hart van de stad, het grote, rechthoekige Place du Général de Gaulle, beter bekend als Grande Place. Dit heeft in het midden een hoge zuil met aan de voet een fontein en bovenop een zegegodin. Aan de oostkant van het plein staat het mooiste gebouw ter plekke, de Vieille Bourse die in 1653 gereed kwam. De binnenplaats van deze voormalige beurs bestaat uit galerijen waar verkopers van boeken en oude prentbriefkaarten hun waren hebben uitgestald. Vanaf het plein loopt een wirwar van straten en straatjes in allerlei richtingen. Noordelijk is dat de gezellige Rue Esquermoise, een winkelstraat met op nummer 27 de beroemde banketbakkerij/patisserie Méert waar je taartjes en gebak kunt eten en tevens lekker lunchen (zie ‘Aanbevolen restaurants’). Het is van hieruit niet ver lopen naar de kathedraal Notre-Dame de la Treille, een immense neogotische kerk waaraan tot 1999 werd gebouwd. Wat verklaart waarom in het van buiten sober en grijs ogende gebouw binnenin naast traditionele religieuze kunt ook eigentijdse, 20e-eeuwse kunstuitingen bezit, waaronder het grote ronde glas-in-lood venster hoog tegen de voorgevel. Wie er rond loopt zal ook schitterende zijkapellen zien, met fresco’s en rechthoekige glas-in-lood vensters. In de buurt van het godshuis loopt de Rue de la Monnaie, weer zo’n gezellige straat, waar zich het Musée de l’Hospice Comtesse bevindt, een aan religieuze kunst en stadshistorie gewijd museum in wat eeuwen geleden een ziekenhuis was (rechts foto achterzijde). Sfeervol is ook het nabije, stille oudste stadsdeel, Vieux Lille. Overigens loont het de moeite om op de pleinen en in de straten omhoog te kijken, naar de veelal fraaie gevels. Lille is een lust voor het oog.
Schuin achter het beursgebouw rijst een beffroi 76 meter omhoog, die van de Kamer van Koophandel en Industrie. Deze hallentoren dateert uit het begin van de 20e eeuw en verrees in neo-Vlaamse stijl. Vanaf het plein bereik je deze toren via de Rue de la Clef. De belfort staat op een hoek van het Place du Théâtre, bij de monumentale opéra de Lille. Die in het laatste jaar van de Eerste Wereldoorlog nog bezocht werd door de Duitse keizer, want Lille was toen in Duitse handen. Even buiten het centrum, bij voornoemde Porte Paris, die door een miniparkje wordt omgeven, staat nog een belfort, die van het stadhuis. Met zijn 104 meter is dit het hoogste stenen stedelijke bouwwerk van Frankrijk (foto links). Er werd acht jaar aan gebouwd, vanaf 1924, en behalve neo-Vlaamse elementen werden er art déco aspecten in verwerkt.
Een in meer dan een opzicht mooie bestemming tijdens de stadstoer zou een bezoek kunnen zijn aan het Palais des Beaux-Arts dat gelegen is aan het ruime, rechthoekige, van fonteinen en sculpturen voorziene Place de la République. Het geldt als Frankrijks op één na grootste museum, na het Louvre. Je kunt er makkelijk de laatste twee uur van een middag doorbrengen; het is geopend tot 18 uur, dinsdag gesloten. Behalve kunst (zie ‘Galerie & Musea’) zijn er grote 18e-eeuwse maquettes te zien van veertien Franse en Belgische steden, alsmede Maastricht. Deze schaalmodellen, waaronder een van het destijds door wallen omgeven Lille (foto onder), waren o.m. bedoeld om de koning op de hoogte te brengen van steden die veroverd moesten worden, en dienden tegelijk als studiemateriaal voor zijn generaals.
Ik meen dat Willem Elsschot in zijn Lijmen en Het Been schrijft over ene heer Boorman die met zijn hele staf naar een internationale conferentie gaat in Rijsel – maar dat niemand weet waar dat is. Vandaag de dag is dat anders, en terecht.

 ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

 

SCHILDERIJ VAN DE MAAND
Als herinnering aan de zomer heb ik een vredig beeld vastgelegd van schapen die grazen op een dam. Deze loopt van ’t Gein bij Abcoude tot bijna Nigtevecht en maakte ooit deel uit van een verdedigingslinie. Ik zag en fotografeerde het beeld op een van mijn fietstochten langs het riviertje, op een mooie zomerdag. Het werk heet Pastorale, Gein Zuid. Meer details staan op www.vinpressionist.com, bij ‘Landschappen’.

 

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

 

Ze was nog druk bezig met het verwerken van de nieuwe oogst, haar elfde in successie, maar vorige maand was Aurélie Vic toch even in ons land om door haar gemaakte wijnen glimlachend voor te stellen. Samen met haar man Jerôme die de vijfde generatie van wijnbouwers vertegenwoordigt op Château Preignes le Vieux, een middeleeuws, bij het Languedoc dorp Vias gesitueerd slot waaromheen 210 hectare met duurzaam geteelde druivenstokken liggen.

 

Aurélie studeerde eerst chemie, werkte daarna als klinisch onderzoeker, maar werd zo aangestoken door de gedrevenheid en het plezier waarmee echtgenoot Jérôme wijnbouw beoefende dat ze uiteindelijk besloot om wijnmaker te worden – en ging derhalve nogmaals studeren, dit maal oenologie (wijnmaaktechniek). Gepassioneerd vertellen zij en Jérôme over die drie soorten grond waarop hun stokken staan, ‘wat het mogelijk maakt om vijf verschillende soorten Syrah te maken’. Er wordt ook voortdurend geïnnoveerd en geïnvesteerd op het bij Vias (3000 vaste inwoners, 45.000 in de zomer) gelegen domein. Zo werd 10 hectare beplant met het nieuwe, enigszins pinot-grisachtige druivenras soleri, en komt er een nieuwe vatenkelder in het voormalige plukkersgebouw. Bezoekers zijn ook zeer welkom op Preignes le Vieux. Gedurende het seizoen worden twee maal daags rondleidingen gegeven, en in de zomer heeft het landgoed een paar dagen als openluchtbioscoop. Voorts staat duurzaamheid hoog in het vaandel, zowel wat betreft de druiventeelt als recyclen van water, het miniseren van afval en het bevorderen van biodiversiteit rond de druivenakkers ‘want we willen graag een mooie tuin om ons heen’.

Op Preignes le Vieux stelt Aurélie niet alleen de wijnen samen van eigen grond, maar ook die een negental partners in andere regio’s, voor de merklijn Aurélie Vic La Balade. Hoe goed ze dat allemaal doet, is te proeven in haar wijnen die stuk voor stuk niet bestemd zijn voor een lange opleg, maar in hun jeugd al heel inviterend zijn. Of zoals Jérôme het verwoordde: ‘Ze moeten uitnodigen voor nóg een glas’.

Zes van de lekkerste wijnen vond ik volgende.
. Domaine Preignes le Vieux Réserve 2018 rood – Gul en sappig, met mild zwart fruit van o.a. pruimen, terwijl ook wat laurier present is. Het is een blend van 60 procent grenache, 25 cinsault en 15 cabernet sauvignon. Fles €5,99.
. Domaine Preignes le Vieux Tradition Syrah 2018 rood – Vlezig, stevig, soepel, met donkere aroma’s en hele rijpe zwarte vruchten. Zilveren medaille. Prijs €6,99.
. Domaine Preignes le Vieux Prestige Petit Verdot 2017 – Sappig en ferm, met behalve roosteraroma’s (dankzij acht maanden vatrijping) lekker veel besfruit en een blaadje laurier. Fles €7,99.
. Aurélie Vic La Balade Minervois 2018 – Met mourvèdre in een hoofdrol (80 procent) is dit een ware wild- en winterwijn. Gul, verwarmend, kruidig en donkertonig. Prijs €8,99.
. Aurélie Vic La Balade Saint Chinian 2018 – Levendige, gespierde wijn van voornamelijk syrah: bessig fruit, dropje, hintje rokerigheid, beschaafd kruidig. Fles €8,99.
. Domaine Preignes le Vieux Tradition Syrah 2018 rosé – Bekroonde, bleek getinte rosé, aangenaam fris en voorzien van discreet gekruid, enigszins drupsachtig fruit van o.a. rode vruchtjes. Fles 6,99.
Deze en nog meer goede wijnen van Aurélie worden verkocht door de bijna honderd franchisers van www.mitra.nl.

 

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

HET ARCHIEF SPREEKT

Het was exact veertig jaar geleden dat de AVRO de tweede reeks uitzond van de televisieserie Wijnwereld. Franse wijnen waren deze keer het onderwerp. Tot half september werden in heel Frankrijk opnamen gemaakt. Daartoe reisde een tv-ploeg onder leiding van Nico Hiltrop gedurende twee weken in september door het hele land. Er werd zo’n vijfduizend kilometer afgelegd en op tientallen locaties gefilmd. Ik had het opnamen– en reisprogramma voorbereid, presenteerde het samen met Tineke de Groot en Robert Leenaers (wat zitten we daar keurig op de foto) en leverde alle commentaarteksten.

FILMEN TIJDENS DE FRANSE WIJNOOGST

Naar Frankrijk gaan klinkt heel romantisch, en heel wat vrienden en kennissen hebben me ‘een prettige vakantie’ gewenst. Gezien ons drukke programma moest er echter hard worden gewerkt. Dat betekende elke dag om half acht opstaan – ook in het weekend – en lange dagen maken van 10 à 11 uur. Evenmin adopteerden wij de Franse gewoonte om uitgebreid te lunchen. Gewoonlijk werden er alleen sandwiches besteld. Af en toe kochten we zelfs voorverpakte broodjes in benzinestations, omdat de tijd voor een decent twaalfuurtje ontbrak. Overdag werd ook geen wijn gedronken. Op deze regel werd slechts een uitzondering gemaakt, toen een chef-kok in de Muscadet ons na zijn interview een glas Champagne aanbood. Alleen de chauffeur hield het toen bij fris.

Tijdens mijn frequente bezoeken (ter voorbereiding van boeken) aan Bordeaux kreeg ik daar altijd entrecôte bordelaise te eten. Soms twee keer per dag. Het leek me daarom een aardig idee om een klassieke maaltijd met deze streekspecialiteit te organiseren. Bruno Prats, eigenaar van Cos d’Estournel, een schitterend wijngoed in de Médoc, bood spontaan zijn hulp aan. Er werd afgesproken dat wij om half tien ’s ochtends de bereiding van het vlees door wijngaardwerkers – die het zouden grillen boven de hete as van druiventwijgen – zouden filmen. Maar toen wij op het château arriveerden, was de maaltijd al in volle gang. Het bleek  een onwrikbare traditie te zijn om entrecôte ontbijt om precies negen uur te beginnen – televisie of geen televisie. Gelukkig was net niet al het vlees bereid, zodat we toch nog wat beelden konden schieten. Bestek werd overigens niet gebruikt; iedereen had een scherp mes waarmee zowel een stuk entrecôte werd afgesneden als een stuk stokbrood waartussen het vlees werd gelegd.
Aan het eind van diezelfde dag aten we in een restaurant dat toevallig… L’Entrecôte heette. Het lag in Lézignan-Corbières, hartje Languedoc. De zaak zat bomvol, het was een late donderdagavond, en we genoten er een menu van pakweg 35 gulden. Dit bestond uit een lekkere salade met spekjes, een bak huisgemaakte pâté (die als onverwacht tussendoortje op tafel kwam), geroosterd lamsvlees, kazen en dessert. Bovendien werden er zeer betaalbare streekwijnen geserveerd. De entrecôte hebben we collectief overgeslagen.
Een van de negentien interviews die wij filmden vond plaats in de wijncoöperatie van Chusclan, een dorp binnen het zuidelijke Rhône-dal. Het was zondagochtend vroeg, en we hadden gerekend op een ontspannen sfeer. Het tegendeel was waar. De coöperatie directeur zat volledig in de stress, omdat hij net te horen had gekregen dat er een groep van elf Spaanse plukkers op het station van Nîmes stond – een week te vroeg. Hun onderkomen was nog niet gereed, en het was onduidelijk wie de ploeg die extra week zou voeden en betalen. Toevallig hadden wij de dag daarvoor, vlak bij Nîmes opnamen gemaakt op Château de la Tuilerie, vlak bij Nîmes. De eigenaresse had niet op tijd plukkers kunnen vinden en daarom een plukmachine gehuurd. We hebben dit maar niet aan de coöperatie directeur verteld.

Helaas is onze oogst, die van de wijnbeelden, goeddeels verloren gegaan. Uit een verkeerd soort zuinigheid heeft de AVRO van de zes seizoenen Wijnwereld  een groot aantal banden gewist of gewoon weg gedaan.

Meer afleveringen van Het archief spreekt zijn te vinden in de desbetreffende rubriek van deze website, klik op het desbetreffende tabblad.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

 

De schatrijke Oostenrijks-Hongaarse adellijke familie Esterházy liet in het midden van 18e eeuw een schitterend paleis bouwen in Eisenstadt, oostelijk van Wenen, met uitgestrekte wijngaarden. De beroemde componist Joseph Haydn (1732 – 1809) was hier dertig jaar lang kapelmeester. En de Esterházy wijnen waren destijds zo goed dat ze geschonken werden aan het hof van keizerin Maria Theresia. Ook tegenwoordig behoort dit 90 hectare grote wijngoed tot de toonaangevendste van Oostenrijk. Aldus de toelichting van Bert Wentzel (jokebertwentzel@gmail.com) die dit label selecteerde uit zijn wereldomvattende collectie..

 .

.

.

.

Disclaimer. Alle afgebeelde foto’s op deze website en dit maandmagazine zijn afkomstig van de auteur zelf of werden rechtenvrij c.q. met toestemming verkregen van wijnproducenten, wijnorganisaties, wijnhandelaren, promotiebureaus, streek- en landenorganisaties, toeristenbureaus en andere betrokkenen.