~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
. Gezien tijdens de tentoonstelling The Art of Banksy in Amsterdam, deze quote van de Britse kunstenaar zelf:
I wanted wine, women and song.
I got a drunk woman singing.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Als ik iets zou moeten schrijven over mijn favoriete wijn-spijscombinatie, stelt David van den Burg, zou dat deze zomer de Nieuw-Zeelandse Caroline Bay Sauvignon Blanc zijn. De trots van Dirck III en afkomstig van een groot bekend wijnhuis. Ik zelf zeg altijd: je moet drinken wat je lekker vindt, en als iemand Merlot lekker vindt bij zalm, ga ik niet zeggen dat hoort niet. Want wie heeft ooit bepaald of dat wel of niet past? In de zomer eten wij graag maaltijdsalades. Je kunt daar volop mee variëren, dank aan gerookte kip, gerookte zalm, pasta, rijst, aardappel, noem maar op – en daar smaakt een Sauvignon Blanc prima bij. Tegenwoordig werkt David als category manager bij Detailresult, waar hij verantwoordelijk is voor de slijterijen van Dekamarkt, Dirk van den Broek en Dirck III. Voor deze laatste keten koopt hij naast gedistilleerd ook de wijnen in. Met zijn ruim twintig jaar ervaring als inkoper non-food/drogisterij werd hij in 2011 gevraagd om de wijnen te doen bij Dirck III, ‘wat gelijk vertrouwd voelde, eigenlijk gezien mijn afkomst. Ik ben als zestienjarige namelijk begonnen bij Konmar. Waar het heel gebruikelijk was dat je overal bij betrokken raakte’. David volgde daar dus ook de cursus Maître du Vin waarvoor iedere medewerker bij Konmar zich kon opgeven. Bovendien waren er voor geslaagden altijd tripjes naar leveranciers, inclusief wijnproducenten. ‘Wijn gold als een speerpunt bij Konmar en met ruim driehonderd wijnen was dit bedrijf destijds zijn tijd ver vooruit. De verschillende wijnkeuzesystemen die je vandaag de dag overal ziet hanteerde Konmar al begin jaren tachtig. Alle wijnen waren ingedeeld in een genummerde categorie, van nr.1 Rood Fruitig tot nr. 10 Wit Zeer Zoet. Ook legendarisch was het Konmar wijnfestival in het Haagsche Congresgebouw, waar wij als medewerkers van het hoofdkantoor onze klanten welkom heetten. Op zo’n avond konden de bezoekers tegen zeer gereduceerde prijzen wijnen bestellen, welke per koerier thuis werd bezorgd. Zo kocht ik zelf in 1989 een aantal dozen Saint-Emilion Grand Cru van het jaar 1987. Een aantal flessen is achterin de kelder beland en heb ik onlangs teruggevonden. Grappig is te zien dat de desbetreffende wijn destijds speciaal voor Konmar werd gelabeld en te vinden was in groep nr. 2 van Rood Fris en Fruitig (zie foto). Het wijnfestival werd altijd opgeleukt met veel extra’s voor de consument. Zo meen in mij te herinneren dat er ook een speciaal gefilmd programma was met Bernd Schneider en, jawel, onze eigen Hubrecht. Dat programma werd de hele dag vertoond in de winkels en zorgde voor extra verkoop van de besproken wijnen. Ook op die manier werd de kennis van wijn bij Konmar overgebracht op consumenten en medewerkers. Nog steeds is Saint-Emilion één van mijn favoriete rode wijnen, heerlijk straks op zondag bij draadjesvlees. Heel de middag het vlees laten pruttelen en ondertussen een fles mooie fles Saint-Emilion Grand Cru van Dirck III openen. Want opnieuw heb ik een paar mooie partijen ingekocht. Proost.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
MEDITERRANE MEDLEY
Minder bekende kustplaatsen in Italië, Frankrijk en Spanje
. Met de dit jaar fraai gerenoveerde Oosterdam van www.hollandamerica.com is het vanuit Civitavecchia (grote haven, een uurtje rijden buiten Rome) een nacht varen naar LIVORNO, de eerste bestemming van onze Mediterrane cruise. Een plaats die zijn huidige vorm dankt aan de Medici’s. Tijdens de 16e eeuw bouwde deze machtige familie Livorno om tot een versterkte havenstad waarvan de kades en dokken uiteindelijk ruimte boden aan zo’n 150 schepen. Een stille getuige uit die periode is het door grachten omgeven Fortezza Nuova. Plezier- en vissersbootjes liggen er nu omheen. De op een lage heuvel tronende fortificatie heeft allang geen militaire functie meer en bestaat als ruïne nu grotendeels uit een stil park waar kinderen kunnen spelen. Vanuit het fort loop je de leukste wijk van Livorno in, Venezia Nuova. Deze dank zijn naam niet alleen aan enkele grachten, maar ook aan de Venetiaanse bouwtechnieken die werden toegepast. Er staat een bijzondere kerk, de 18e-eeuwse Chiesa di Santa Catarina da Siena. Van buiten is deze vreemd hoekig en sober ogend, maar het interieur is indrukwekkend rijk, mede dankzij een later toegevoegde, 63 meter hoge koepel die Maffei – hoogtevrees moet hij niet hebben gekend – beschilderde met fraaie fresco’s. Elders in de wijk vind je boogbruggen en enkele paleisachtige gebouwen. Zelf troffen we op een van de kades openbare kunstwerken aan, kale bomen van blank hout (links). Vanwege zijn belang als haven kreeg Livorno het zwaar te verduren tijdens de Tweede Wereldoorlog; in het centrum werd 92 procent van alle gebouwen getroffen of verwoest. Vandaar dat op het Piazza Grande, dat in tweeën wordt gesplitst door de drukke winkelstraat Via Grande, eigenlijk alleen de marmeren voorgevel van de kathedraal nog oorspronkelijk is (rechts). Een drietal andere historische 17e-eeuwse gebouwen verdween voorgoed. Dicht bij het Piazza Grande ligt het kleinere Piazza del Municipo. Behalve een paar palazzi staat er het groot hertogelijk paleis dat anno 119 werd omgedoopt tot Sala Consiliare. Daarin is van alles te zien, waaronder bas-reliëfs die de stadshistorie verbeelden en enkele grote schilderijen. Tussen beide pleinen ontdekte ik een leuk lunchadres, een tentje met als thema hamburger & wine. Het heet I’m Burger en men serveert er ongeveer een dozijn verschillende huisgemaakte, dus verse, hoogwaardige hamburgers op basis van Toscaans vlees (rund, varken, kip) met altijd frites en een rozemarijnsaus. En waarbij wijnen per glas kunnen worden besteld. Kleine waarschuwing: hierna wil je nóóit meer naar McDonald’s (voor zover je er al kwam). Een andere attractie van het stadshart vormt de Mercato Centrale, een markthal die in 1894 gereed kwam en waarvan het dak tot 35 meter hoogte reikt, terwijl de gevel een lengte heeft van 95 meter. De marktstallen bieden alle mogelijk waren aan, zoals verse vis, schaal- en schelpdieren. Elders in Livorno bevinden zich nog meer pleinen, variërend van kleine intieme tot weidse, waaronder het Piazza del Republico met erop en ernaast standbeelden (onder). Voorts zijn er twee musea die een bezoek verdienen. Het in een statige villa ondergebrachte Museo Civico Giovanni Fattori toont werken, doorgaans grote, van deze 19e-eeuwse schilder. Veel ervan zijn gewijd aan opmerkelijke gebeurtenissen in die tijd. Anno 1884 werd de later beroemde schilder Antonio Modigliani ter plekke geboren, en diens Casa Natale fungeert tegenwoordig als museumpje, waar flink wat van zijn werken (ook reproducties) worden getoond. Adres: Via Roma 38, alleen geopend van 10.30 tot 12.30 uur. De dag Livorno deed ons trek krijgen in Italiaanse gerechten, mede vanwege de vele verleidelijke geuren die tijdens het stadsbezoek uit allerlei keukens over de straten zweefden. En ziedaar, de Oosterdam heeft een avondrestaurant gedoopt Canaletto, waar de Italiaanse keuken centraal staat, samen met Italiaanse wijnen (menuprijs $15).
Het is moeilijk voor te stellen dat SAINT-RAPHAËL ooit een onbeduidend vissersdorp was met als haven een kleine, stille baai die slechts een paar steigers telde met direct daarachter een onbelemmerder blik op de indrukwekkende, in romaans-byzantijnse stijl gebouwde basiliek Notre Dame de la Victoire die werd ingewijd in 1888. Vandaag de dag wordt vanuit zee de kerk grotendeels aan het oog onttrokken en staan zowel langs als achter de straten, hotels, flatgebouwen, vakantiewoningen en villa’s, met talrijke eet- en drinkgelegenheden. De baai werd getransformeerd tot een rechthoekige jachthaven, met ernaast een klein park, de Jardin Bonaparte. Meer aanlegplaatsen voor plezierboten kwamen elders langs de kust. Uit de Belle Epoque (1871-1914) zijn tussen het beton enkele markante gebouwen bewaard gebleven. Het toeristenbureau heeft zelfs een ‘Belle Epoque wandeling’ uitgestippeld die langs enkele panden uit die periode voert. Sommige, zoals de Villa Roquerousse, figureren gewoon aan een boulevard, de meeste echter achter hoge hekken en muren, zoals het voormalige, uit 1914 daterende hotel, nu appartementencomplex Le Méditerranée en de Villa Les Palmiers (rechts) met zijn hoekige torentje. Het schilderachtigste stadsdeel en tegelijk het oudste is la vieille ville, bestaand uit een stuk of tien korte straten en straatjes, de meeste met keien geplaveid en geflankeerd door oude panden waarin veel ambachtswinkeltjes, cafés en eettentjes gevestigd zijn (links). Het oudste gebouw ter plekke is een van oorsprong romaanse kerk waarin een archeologisch museum werd gevestigd. Wie de toren beklimt, krijgt als beloning een prachtig panorama. Bewoners komen graag naar deze buurt om in de overdekte markthal inkopen te doen. Groente en fruit van het land, brood, vlees – dit alles en nog veel meer wordt er aangeboden. Inclusief vers zeefruit dat je bij een paar kramen zelfs ter plaatse kunt verorberen, bijvoorbeeld oesters met een glas witte wijn. Sfeerlijk is in Saint- Raphaël ook heerlijk.
Ondertussen… wordt aan boord van de door kapitein of eigenlijk master Michiel Willems perfect bestuurde Oosterdam het goede leven volop gevierd. Dit mede dankzij hotel director Bert van Mackelenbergh (de meest atletische cruisegastheer die ik ken, en een voormalige teler van olijven in Stellenbosch) en culinary operations manager Ruben Kooiman die o.m. verantwoordelijk is voor de duizenden maaltijden die dagelijks voor de 2225 passagiers en 812 bemanningsleden worden bereid. Ruben (links, tien jaar bij Holland America) aarzelt niet om zelf de handen uit de mouwen te steken op door hem georganiseerde evenementen, zoals tijdens de buitenmaaltijd met verse vis gekocht op Corsica. Voor specifiek de wijnen zorgt de Canadese cellar master Michael Standon die tijdens de cruise op eigen initiatief droge rosé aanschafte, mede omdat ik die soort geheel miste op de bestaande wijnkaart (een in Seattle amateuristisch samengesteld geheel dat in véél opzichten de nodige kritiek behoeft, ik zag bijvoorbeeld een Beaujolais-Villages uit… 2011). Het is ook een voorrecht om de vriendelijke, perfecte service te ondergaan, waaronder die van de Indonesische room attendants en het grote scala aan – altijd geheel vrijwillige – activiteiten, denk aan bijvoorbeeld computerles, het twee maal daags spelen van trivia en het bijwonen van de dagelijkse variety show in het grote theater. Behalve de voorbeeldige ‘eigen’ zangers en dansers (rechts) trad een wereldster op als Tempei (Arakawa), een fabelachtige, onvoorstelbaar knappe Japanse jongleur die tot slot een net zo onvoorstelbaar knappe goochelroutine met speelkaarten liet zien. Andere hoogtepunten vormden de optredens van de Valenciaanse fluitiste Andrea Amat en van twee hilarische komieken, Martin Beaumont en George Casey.
Op dag zeven worden we wakker met uitzicht op de het grootste fort dat de Moren in Spanje bouwden, het 10e-eeuwse Alcazaba. De lange muren, torens en andere delen vormen samen een kolossaal complex hoog boven ALMERÍA. Samen met zijn park en tuinen is dit de belangrijkste lokale bezienswaardigheid van deze Andalusische havenstad, echter zeker niet de enige. Verscholen tussen flat- en kantoorgebouwen – Almería werd getroffen door een vernietigende aardbeving in 1522 en nogmaals tijdens de Spaanse Burgeroorlog – verschijnen plotsklaps allerhande mooie monumenten. Met als imposantste de versterkte kathedraal die zes torens heeft, een door zuilengangen omgeven binnenplaats en een sfeervol palmenplein ervoor. Het van oorsprong 15e-eeuwse gebouw werd van binnen schitterend gedecoreerd met een hoog oprijzend hoofdaltaar onder een koepel met Bijbelse schilderijen en veel goud, terwijl boven beide zijden van prachtig houtsnijwerk voorziene, notenhouten koorbanken ook vijftien verticale orgelpijpen naar voren wijzen. Bij de entreeprijs van €5 is een audioguide inbegrepen die in duidelijk Engels informatie verschaft over een stuk of tien facetten van deze kerk. Wandelend in noordelijke richting, langs het oude stadhuis (wordt momenteel geheel gerenoveerd, in feite opnieuw gebouwd) voert de smalle, gezellige Calle de las Tiendas – met inderdaad veel winkels – naar het eigenlijke centrum, gelegen rond de Puerta de Purchena. Op dit verkeersplein komt een half dozijn straten uit en je kunt er prettig verpozen op de terrassen. Boven een ervan hingen tientallen papieren vlaggetjes van Solear, de superieure Manzanilla die zo lekker smaakt bij tapas. Een andere pittoreske plek om een glas droge Sherry te drinken, even opzij van het plein, is Bar La Gitana. Het plein dominerend is het vlinderhuis ofwel Casa de las Mariposas, een opvallend hoekpand in modernistische stijl (links, begin vorige eeuw). Even verderop, langs de Rambla del Obispo Orbera en schuin tegenover voornoemde bar, zijn andere aantrekkelijke gebouwen te bewonderen, waaronder de stedelijke muziekschool en het intieme Teatro Apolo. Wie bij dit theater de straat oversteekt, loopt vanzelf de Mercado in, een ruime hoge markthal waarin vis en zeefruit worden verkocht (onderverdieping, ’s ochtends vroeg) en op de begane grond alle mogelijke streekwaren, wijnen uit de eigen regio incluis. Aan gene zijde van het marktgebouw loopt de brede, lange Paseo de Almería, een geliefd winkelparadijs met heel wat straatterrassen en een stalletje waar superieure plaatselijke olijfolie wordt verkocht. Een opvallend gebouw tussen de winkels is het Teatro Cervantes. Dit kwam gereed in 1921 en werd ontworpen naar klassiek Italiaanse model. De Paseo eindigt bij een parkstraat, de kilometers lange Rambla del Belén waarop tussen de palmen ook enkele moderne sculpturen staan. Vlakbij het kruispunt van de Paso en de Rambla kan kosteloos het tamelijk nieuwe Museo Doña Pakyta worden bezocht. Dit toont veelal kleurrijke werken die lokale kunstenaars tussen 1880 en 1970 hebben gecreëerd. De behuizing van dit museum is opmerkelijk, namelijk een Baskisch chalet. Nog energie over? Loop dan voorbij het treinstation, dat een attractief aanzien heeft, naar het in eigentijdse stijl ontworpen Centro de Arte dat geheel gewijd is aan moderne kunst. Al met al moge duidelijk zijn dat ook in minder bekende Mediterrane kustplaatsen veel te ontdekken valt én veel te genieten. Vooral van architectuur, van kunst, van historie, van sfeer en van smakelijke zaken.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
. Het wordt tijd om het grootste geheim te onthullen van de wereldwijde wijnindustrie. Een geheim waarmee elke wijndrinker te maken krijgt die betaalbare wijnen koopt met op de fles een achteretiket dat termen bevat als slightly oaked, subtle oak aroma en dergelijke, terwijl de term voor vat ofwel barrel ontbreekt. Er wordt dus verwezen naar oak, naar eikenhout dus, wat doet voorkomen alsof de desbetreffende wijn in eikenhouten vaten werd opgevoed. Maar omdat het woord barrel ontbreekt, gebeurde dat vrijwel zeker niet. Nee, de wijn kreeg zijn houtaroma dankzij slimme, goedkope alternatieve methoden die op grote schaal worden toegepast maar die om de een of andere reden verborgen gehouden worden voor de consument. De reden voor vatvervangers is er vooral een van geld. Vaten zijn namelijk duur, althans nieuwe. Voor een fust van Frans eikenhout moet je als wijnproducent meestal minstens 560 euro neertellen en in zo’n vat kan meestal niet meer dan 225 liter te rijpen worden gelegd. Een eenvoudige rekensom zal duidelijk maken gebruik van nieuwe Franse vaten dus behoorlijk prijsverhogend werkt, zelfs al gaan de vaten een paar jaar mee en kun je ze daarna nog voor een zacht prijsje tweedehands verkopen. Om dit probleem op te lossen bedachten Australische wijnmakers het volgende. Ze verzamelden spaanders eikenhout, deden die in een soort grote theezak en hingen die zak in een roestvrijstalen tank waarin vervolgens de wijn werd vergist. Welnu, net als bij het trekken van thee werden aan de spaanders houtaroma’s onttrokken, vanille vooral, die in de wijn kwamen. De wijn kreeg dus een houtsmaak zónder een houtprijs. De spaanders – in vakkringen chips geheten – worden inmiddels op grote schaal gebruikt in niet alleen Australië, maar ook elders in de zogeheten Nieuwe Wereld, terwijl ze bovendien populair zijn in Oost-Europa. Alleen in Frankrijk en andere traditionele wijnlanden is het gebruik van chips nog altijd beperkt. Hoewel de Europese Unie in principe groen licht heeft gegeven, werd in Frankrijk het gebruik van chips tot nu toe verboden voor wijnen met een beschermde herkomstbenaming. Dat is pijnlijk, want juist die wijnen hebben te kampen met heftige concurrentie uit de Nieuwe Wereld, denk bijvoorbeeld aan de vele Bordeauxtjes die bijna niet meer te verkopen zijn. De eerste soorten chips, tegenwoordig eveneens verkrijgbaar in de vorm van o.a. blokjes, dominostenen, sticks, schilfers of poeder, gaven beperkte dimensionale, vanilleachtige aroma’s aan de wijn. Sindsdien echter werden superieure spaanders en dergelijke ontwikkeld, van gerijpt en goed getoast eikenhout. Daarmee kan het effect van vatrijping dicht worden benaderd – vooral als de wijn ook nog een zogeheten micro-oxidatie ondergaat. Bij dit procédé wordt heel gedoseerd een klein beetje zuurstof door de wijn gebracht, waarmee men het effect imiteert van het beetje lucht dat door de poriën van de houten vaten in de wijn belandt. Op jaarbasis is dat meestal tussen de 20 en 40 milligram zuurstof, en die heeft een verzachtend effect. De superspaanders, samen met de micro-oxidatie, maken het tegenwoordig mogelijk om zelfs betaalbare hoogwaardige wijnen te creëren – althans dat stelt een woordvoerder van het Franse bedrijf Arôbois dat gespecialiseerd is in vatvervangers en deze inmiddels levert aan meer dan dertig wijnlanden. Naast de chips is nog een ander alternatief voor vaten tot ontwikkeling gekomen, ook weer dankzij de Australiërs. Dat zijn eikenhouten planken of staven, vakterm inner staves. Die worden in een tank (of kuip) gehangen, gestoken of gelegd, en geven de wijn nog betere eikenhoutaroma’s dan de spaanders. Er zijn zelfs wijnmakers die om kwalitatieve redenen de planken voor bepaalde soorten wijn prefereren boven de traditionele fusten. Ook zelf heb ik hele goede ervaringen met aldus vervaardigde wijnen. Al met al ziet het ernaar uit dat steeds meer vaten óf niet meer worden gemaakt óf leeg blijven. En zeggen we straks in plaats van ‘holle vaten klinken het hardst’ steeds vaker ‘holle vaten klinken het vaakst’.
VINOSTALGIE (52)
Op deze in Nîmes gedrukte kaart wordt aangetoond hoe spotgoedkoop Zuid-Franse wijn ooit was: 9 franc per hectoliter. Da’s niet eens een centime per liter. Voor dan ook nog een wijn van ‘premier cru’ niveau – waarvan gratis monsters konden worden besteld. Philippe Marquet, de desbetreffende wijnhandelaar, was gevestigd in Le Grau du Roi, de enige gemeente in het departement Gard met toegang tot zee. Hoe deze man ooit aan deze wijn heeft kunnen verdienen zal wel een raadsel blijven.
Miniprofielen bekende blauwe druiven- serie 3 (slot)
Ruby Cabernet
In Californië gecreëerde kruising van cabernet sauvignon en carignan. Kan best aardige wijnen geven met een aroma dat dikwijls een combinatie is van aardbeien (soms ook met iets van bramen en kersen) en bladgroen, en dat tegelijk iets kan hebben van paprika en specerijen.
Tannat
De naam indiceert al dat tannat een tanninerijke wijn kan geven. Dat gebeurt ook in Madiran en Saint Mont, gebiedjes in het Franse zuidwesten. De aanplant daar wordt echter overtroffen door die uit Uruguay, waar men van dezelfde variëteit soepeler wijnen produceert en zelfs droge rosés. Het aroma van tannat is enigszins bessig, met ook donkere elementen, als van laurier en leder.
Zweigelt
In Oostenrijk door Dr. Zweigelt ontwikkelde druif waarvan de beste wijnen een onmiskenbare distinctie bezitten dankzij een donkere kleur en een vlezige smaak, met fruit van kersen, bessen en rijpe pruimen, en schakeringen van laurier, kruiden, drop, specerijen en – wanneer vatrijping werd toegepast – aspecten van hout, toast en vanille. Terecht is dit ras Oostenrijks meest geteelde. Het karakter van Zweigelt doet enigszins denken aan dat van Merlot.
. In juni 2010 ben ik op deze website een protestactie begonnen tegen de onrechtvaardige BUBBELTAKS. De accijns waarmee wijnliefhebbers generatieslang werden gestraft voor het drinken van wijnen met belletjes. Ik schreef o.m. het volgende. ‘Bubbelwijn is niet meer exclusief noch elitair en evenmin een luxeproduct. In supermarkten kun je voor minder dan tien euro bijvoorbeeld een lekkere Cava of Crémant de Bourgogne of Spumante of Australische sparkling wine kopen. Het wordt daarom tijd om de discriminatieaccijns te beëindigen. Want wat is het geval? Wijnen mét belletjes worden veel zwaarder belast dan wijnen zónder. Voor een gewone stille wijn moet per hectoliter €70,56 worden betaald (dit was vóór twee accijnsverhogingen sindsdien – HD). Maar voor mousserende wijn stijgt dat tarief naar €240,58. Dat is meer dan drie keer zoveel. En volstrekt onterecht. Waarom moet het genieten van bubbelwijn wettelijk worden bestraft? Dat is misschien zelfs strijdig met bepaalde rechten van de consument. Op de virtuele barricaden dus. Mail ook jouw protest naar je politieke partij (want het is een regeringszaak), naar opiniemakers en/of naar de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Wijnhandelaren (info@kvnw.nl).’
De oproep heeft veel los gemaakt. De Telegraaf (links) en andere media, waaronder het tv-journaal, hebben er berichten aan gewijd, Derrick Neleman lanceerde een officiële petitie voor de Tweede Kamer en, het allerbelangrijkste, onder leiding van Peter van Houtert (voorzitter) en Hans Burghoorn (secretaris) heeft de KNVW een goed gedocumenteerd verzoek tot opheffing van de strafaccijns ingediend bij enkele politieke partijen. Welnu, collega Frank Jacobs en diverse importeurs berichtten eind vorige maand dat alle inspanningen worden bekroond. Want per 1 januari 2017 gaat de bubbeltaks verdwijnen. Wat betekent dat, zodra de decembervoorraden zijn uitverkocht, alle vol mousserende wijnen in prijs zullen dalen. In principe zal dat met minstens een euro per fles zijn, maar vaak ook meer (aangezien de bubbeltaks gold op inkoopniveau). Nog sterker zal het effect zijn in de horeca waar inkoopprijzen meestal nog altijd per traditie worden vermenigvuldigd. Tenminste, als de restaurateurs, importeurs en distributeurs het verkregen voordeel eerlijk en volledig doorspelen naar de consument – maar daar mogen we hopelijk op rekenen. Proost!
Weinsberg is een prachtige stad in het Duitse wijnbouwgebied Württemberg, met 11.500 inwoners en de oudste wijnbouwschool van Duitsland. In het jaar 1140 werd de rijksburcht Weinsberg door koning Konrad III veroverd en kregen vrouwen vrije aftocht. Ze mochten meenemen wat ze dragen konden – en deden dat door de mannen op hun rug te dragen. Zo redden de trouwe, ongetwijfeld sterke vrouwen van Weinsberg hun mannen het leven. Aldus de toelichting van verzamelaar Bert Wentzel, bertwentzel@hetnet.nl, uit wiens grote collectie dit etiket afkomstig is.
[socialring]
*
Disclaimer. Alle afgebeelde foto’s op deze website zijn afkomstig van de auteur zelf of werden rechtenvrij c.q. met toestemming verkregen van wijnproducenten, wijnorganisaties, wijnhandelaren, promotiebureaus, streek- en landenorganisaties, toeristenbureaus en andere betrokkenen.